Een DVD is een schijfje met een diameter van 12 centimeter. Op het dunne schijfje kunnen digitale gegevens (geluid, gegevens, video) worden opgeslagen. De technische verklaring voor de letters DVD is Digital Versatile Disc. De DVD kan beschouwd worden als de opvolger van onze oude vertrouwde videoband (VHS) en de CD-rom.
Er zijn drie types DVD’s:
• DVD: deze kan je niet beschrijven. Een voorbeeld van zo een type is DVD die je in de winkel koopt waarop een film staat.
• DVD-r/DVD+r: Deze DVD is slechts één keer beschrijfbaar met een DVD-recorder of DVD-brander.
• DVD-rw/DVD+rw: Je kan deze DVD meerdere keren beschrijven.
De opslagcapaciteit van een single layer DVD is 4.7 gigabyte. Een DVD kan dus, afhankelijk van de beeldkwaliteit en het aantal geluidssporen ongeveer 120 minuten beeld en geluid bevatten. Een double layer DVD heeft een capaciteit van 8.5 gigabyte, waarop je ongeveer voor 4 uur beeldmateriaal kan opnemen. Ze zijn echter maar 1 maal beschrijfbaar en ook veel duurder dan de enkellagige DVD’s. Bovendien kun je ze niet in alle DVD-recorders gebruiken.
Er zijn meerdere DVD-formaten. De meest gebruikelijke zijn: DVD-r(w), DVD+r(w) en DV-ram. Welk formaat je DVD-speler of -recorder ondersteunt, hangt af van de fabrikant. Voor het opnemen maakt dit niet zoveel uit maar bij het afspelen kan dit soms problemen opleveren. Als je een DVD hebt beschreven met een recorder die enkel DVD-r ondersteunt, dan kan je de DVD niet afspelen op een DVD-speler die enkel DVD+r ondersteunt. Ga bij de aankoop van een DVD-recoder of DVD-speler dan ook na welke formaten je het meest gebruikt. Hou er rekening mee dat steeds minder DVDspelers en recorders het DVD-ramformaat afspelen.
